UMCG quiz voor aanvang training By admin on 31/08/2017 in Test hygiënetraining UMCG Kort geleden heb je een FiMM-handleiding ontvangen met informatie over micro-organismen en waarom het belangrijk is om hygiënisch te werken. We vragen je vriendelijk om deze handleiding eerst te lezen. Ga pas daarna aan de slag met deze test. Doel van de test Door deze test te maken kom je erachter of je de FiMM-handleiding goed hebt doorgenomen. De vragen zijn per hoofdstuk opgesteld. Uitleg De test bestaat uit 40 vragen. Maak de test in 1 keer af en stop niet tussendoor. Je mag en kunt deze test maar 1 keer maken. Door het geven van het goede antwoord verdien je 1 punt. Het resultaat en de antwoorden krijg je direct na het invullen van alle vragen te zien, en krijg je per email toegestuurd. Let op Je mag de test maar 1 keer maken. Dus voor een goed resultaat neem je eerst de handleiding door en maak je daarna deze test. Start met het invullen van je naam en je emailadres. Klik daarna op volgende. We bespreken de resultaten tijdens de training. Veel succes! Je naam Je emailadres 1. Micro-organismen zijn overal.GoedFout2. Micro-organismen in voedsel zijn altijd gevaarlijk.GoedFout3. Als gevaarlijke aantallen ziekteverwekkers in voedsel aanwezig zijn, dan kun je dat merken. Het ziet of ruikt anders.GoedFout4. Virussen kunnen zich niet vermeerderen in voedsel.GoedFout5. Je ziet een schimmel op jam. Het enige juiste dat je kunt doen is het weggooien. De schimmel groeit niet alleen bovenop maar groeit ook onder het oppervlak en kan daar giftige stoffen vormen.GoedFout6. Voorbeelden van besmettingsbronnen zijn: handen, lucht, water, te warm afgestelde koelkast, onvoldoende verhitting.GoedFout7. Een voedingsmiddel is bedorven als er meer dan 100.000 bacteriën per gram of milliliter aanwezig zijn.GoedFout8. Het doel van hygiënisch werken is het voorkomen van besmetting.GoedFout9. Het tegengaan van bacteriegroei leidt tot verlenging van de houdbaarheid.GoedFout10. Door voedsel af te dekken voorkom je groei van bacteriën.GoedFout11. De meeste bacteriën sterven af als je ze in de vriezer bij -18°C bewaard.GoedFout12. YOPI's worden sneller ziek (zijn vatbaarder) van voedsel met ziekteverwekkers dan andere mensen.GoedFout13. Je kunt immuun worden voor ziekteverwekkers in voedsel.GoedFout14. Bij een voedselvergiftiging neem je levende ziekteverwekkers op via het voedsel.GoedFout15. Het onvoldoende snel terugkoelen en aansluitend bewaren bij voldoende lage temperaturen is één van de belangrijkste factoren bij het ontstaan van ziekte door voedsel afkomstig van grootkeukens.GoedFout16. Hygiënisch werken is één van de drie belangrijkste maatregelen om ziekte door voedsel te voorkomen.GoedFout17. De kans op het aantreffen van ziekteverwekkers op onverhitte producten is groter dan bij verhitte producten.GoedFout18. Bedorven voedsel is altijd gevaarlijk met het oog op de voedselveiligheid.GoedFout19. Salmonella-bacterien kunnen sporen vormen om moeilijke tijden (verhitten, droogte) te overleven.GoedFout20. Granen zijn vaak besmet met de ziekteverwekker Bacillus cereus.GoedFout21. Door het innemen van slechts 100 Campylobacter-bacteriën kun je al ziek worden.GoedFout22. Van alle E. coli bacterien ofwel de poepbacteriën kun je ziek worden.GoedFout23. Dieren zijn vaak drager van, voor de mens, ziekteverwekkende bacteriën.GoedFout24. De ziekteverwekker Listeria monocytogenes kan bij 2°C uitgroeien.GoedFout25. Alleen van de Salmonella soorten Typhimurium en Enteritidis kun je ziek worden.GoedFout26. De ziekteverwekker Staphylococcus aureus is een bacterie die bij de helft van de mensen op de handen of in de keel of neusholte aanwezig is.GoedFout27. Norovirusuitbraken treden vooral op, op plaatsen waar mensen dicht op elkaar leven en werken.GoedFout28. Zit de Legionella-bacterie in je eten dan word je daarvan niet ziek.GoedFout29. Door voedsel af te dekken voorkom je besmetting met allergenen.GoedFout30. Op vuile oppervlakken zitten al gauw meer dan 100 bacteriën per vierkante centimeter.GoedFout31. Lucht kan alleen schimmels bevatten. Geen bacteriën.GoedFout32. Vind je teveel Staphylococcus aureus bacterien in verhitte voedingsmiddelen dan weet je dat er sprake was van een slechte handhygiëne.GoedFout33. Door goed je handen te wassen verwijder je alle residente bacteriën.GoedFout34. Een voorbeeld van een persoonlijke hygiëne maatregel is: draag geen sieraden. Een gladde trouwring mag wel want daar kunnen geen micro-organismen op zitten.GoedFout35. Rauwe, onverhitte voedingsmiddelen bevatten over het algemeen hoge aantallen micro-organismen.GoedFout36. Een goede scheiding tussen de grondstoffen en gereed product heet zonering.GoedFout37. Transiënte micro-organismen zijn een voorbeeld van 'waar je mee omgaat raak je mee besmet'.GoedFout38. Door wegwerphandschoentjes te gebruiken verklein je altijd de kans op besmetting van het product.GoedFout39. Een voorbeeld van een bedrijfshygiëne maatregel is te zorgen voor een plek of meerdere plekken waar medewerkers hun handen kunnen wassen.GoedFout40. Het doel van werken met een HACCP-systeem is het produceren of bereiden van voedsel met een goede kwaliteit.GoedFoutDank je wel voor het invullen van deze test. Druk nu op de verzend button hieronder. Je krijgt dan gelijk te zien hoe je de testvragen hebt gemaakt en wat je score is. Time is Up!
Comments are closed.